5.1. Algemeen
Als u een investering doet (een bedrijfsmiddel aanschaft) met een aanschafprijs van € 450 of meer dan heeft u, als u aan de voorwaarden voldoet, recht op toepassing van de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA).
Als het aankoopbedrag van het bedrijfsmiddel (de investering) minder is dan € 450 dan heeft u geen recht op toepassing van de KIA.
Indien de KIA van toepassing is, dan heeft u recht op een aftrekpost op uw winst ter grootte van 28% van het investeringsbedrag dat u in één kalenderjaar heeft gedaan. Is uw investering bijvoorbeeld in één kalenderjaar € 5.000 geweest, dan kunt u in dat jaar 28% x € 5.000 = € 1.400 in mindering brengen op uw winst. Dit geeft u een belastingbesparing van € 1.400 x 36,97% = € 517,58 (netto contant geld).
5.2 Voorwaarden toepassing KIA
De voorwaarden waaraan voldaan moet worden om in aanmerking te komen voor deze kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) zijn:
- Het aankoopbedrag moet per product minimaal € 450 bedragen
- Het totale bedrag van alle investeringen in één kalenderhaar moet meer dan € 2.800 bedragen
- De investeringen moeten volgens de belastingwet ook aangemerkt worden als bedrijfsmiddel.
Dus het kan voorkomen dat het aankoopbedrag meer is dan € 450, maar dat de wetgever bepaalt dat dit bedrijfsmiddel toch niet in aanmerking komt voor toepassing van de KIA.
De hierboven door ons genoemde investeringen worden in ieder geval wel aangemerkt als bedrijfsmiddel voor de KIA.
5.3. Voorbeelden
Voorbeeld 1
Gastouder Anouk schaft de volgende producten aan (bedragen inclusief BTW):
- een bakfiets € 1.500
- een klim-/glijtoestel € 1.000
- een computer € 500
Berekening investeringsbedrag per afzonderlijke aankoop
De aanschafprijs van elk van deze producten ligt boven € 450. Deze investeringen vallen dus onder de KIA en kunnen meegenomen worden voor de berekening van het totale investeringsbedrag.
Berekening totale investeringsbedrag
Het totale investeringsbedrag wordt dan :
- Bakfiets € 1.500
- Klim/glijtoestel € 1.000
- Computer € 500
Totaal € 3.000
Hierdoor wordt voldaan aan het minimumbedrag van € 2.801.
Gastouder Anouk voldoet derhalve voor deze producten aan alle voorwaarden voor KIA.
Zij heeft nu recht op een extra aftrek van 28% x € 3.000 = € 840.
Voorbeeld 2
Gastouder Ans schaft dezelfde producten aan als Anouk (zie voorbeeld 1). Alleen weet Ans elders een computer aan te schaffen voor een lagere prijs, namelijk € 400.
Berekening investeringsbedrag per afzonderlijke aankoop
De aanschafprijzen van de bakfiets en het klim-/glijtoestel bedragen elk € 1.5000 respectievelijk € 1.000en liggen dus elk boven
€ 450. Echter de computer bedraagt slechts € 400 en ligt dus beneden € 450.
De computer komt dus niet in aanmerking voor toepassing van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek.
Berekening totale investeringsbedrag
Het totale investeringsbedrag voor de KIA wordt dan :
- Bakfiets € 1.500
- Klim- / glijtoestel € 1.000
- Computer € nvt
- Totaal € 2.500
Hierdoor wordt niet voldaan aan het minimumbedrag van € 2.801. Gastouder Anouk heeft in dit geval geen recht op de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek en MIST daardoor een extra aftrekpost van € 840. Had zij € 50 meer betaald voor de computer dan had zij wél recht gehad op de KIA!
Het kan dus fiscaal en financieel voordelig zijn om van een bepaald product te kiezen voor een betere versie die iets duurder is. Het is daarom verstandig wanneer u investeringen gaat doen, te berekenen wat de gevolgen zijn voor de Kleinschaligheidsinvesteringaftrek. Eén euro verschil (€ 449 of € 450) kan u al gauw een aftrekpost schelen van € 840!